TTL staat voor Time To Live. Bij DNS-records geeft TTL aan hoe lang een DNS-record mag worden gecachet (opgeslagen) voordat er opnieuw wordt gecontroleerd of er een wijziging is.
Hoe werkt TTL?
Wanneer iemand je website bezoekt of e-mail verstuurt:
- DNS-servers vragen het bijbehorende DNS-record op.
- Dit record wordt tijdelijk opgeslagen (gecached).
- De TTL bepaalt hoe lang deze informatie geldig blijft.
- Na afloop van de TTL wordt het record opnieuw opgehaald.
TTL wordt uitgedrukt in seconden.
Voorbeelden:
- TTL 300 = 5 minuten
- TTL 3600 = 1 uur
- TTL 86400 = 24 uur
Waarom is TTL belangrijk?
TTL heeft invloed op hoe snel DNS-wijzigingen zichtbaar zijn.
- Lage TTL: wijzigingen worden sneller opgepikt
- Hoge TTL: minder DNS-verkeer, maar wijzigingen duren langer
Dit is vooral belangrijk bij:
- websiteverhuizingen
- e-mailwijzigingen
- tijdelijke testopstellingen
Tip: Verlaag de TTL tijdelijk voordat je een grote DNS-wijziging doorvoert, zodat de overgang sneller verloopt.
Wat is een goede TTL-waarde?
Er is geen vaste “beste” TTL-waarde. Dit hangt af van de situatie:
- Standaard gebruik: 3600 seconden (1 uur)
- Voor wijzigingen: 300 seconden (5 minuten)
- Zeer stabiele setup: 86400 seconden (24 uur)
Nadelen van een te lage TTL
Een zeer lage TTL kan nadelen hebben:
- meer DNS-verzoeken
- iets hogere belasting op DNS-servers
- minder cachingvoordeel
Belangrijk: Zet de TTL na een wijziging altijd weer terug naar een normale waarde om onnodige DNS-belasting te voorkomen.
Gerelateerde artikelen
Mocht je er niet helemaal uit komen, dan kun je contact opnemen met onze
helpdesk.
Zij staan elke dag van 09:00 tot 18:00 voor je klaar om je te helpen.